C++ Het retoursleutelwoord


Retourwaarden

Het voidsleutelwoord, gebruikt in de vorige voorbeelden, geeft aan dat de functie geen waarde mag retourneren. Als u wilt dat de functie een waarde retourneert, kunt u een gegevenstype (zoals int, string, etc.) gebruiken in plaats van void, en het return sleutelwoord in de functie gebruiken:

Voorbeeld

int myFunction(int x) {
  return 5 + x;
}

int main() {
  cout << myFunction(3);
  return 0;
}

// Outputs 8 (5 + 3)

Dit voorbeeld retourneert de som van een functie met twee parameters :

Voorbeeld

int myFunction(int x, int y) {
  return x + y;
}

int main() {
  cout << myFunction(5, 3);
  return 0;
}

// Outputs 8 (5 + 3)

U kunt het resultaat ook opslaan in een variabele:

Voorbeeld

int myFunction(int x, int y) {
  return x + y;
}

int main() {
  int z = myFunction(5, 3);
  cout << z;
  return 0;
}
// Outputs 8 (5 + 3)